Geriatrie
Naarmate iemand ouder wordt, kunnen problemen ontstaan in het dagelijks functioneren. Activiteiten die eerst zelfstandig uitgevoerd werden, kunnen moeilijker verlopen, zoals het in en uit bed stappen, boodschappen doen of persoonlijke verzorging. Veel ouderen ervaren problemen in activiteiten van het dagelijks leven (ADL), zoals zelf aankleden, verplaatsen, douchen of toiletgang.
Vallen kan grote fysieke en mentale gevolgen hebben voor ouderen, zoals verminderde mobiliteit en zelfredzaamheid. Oorzaken kunnen zijn: evenwichtsstoornissen, duizeligheid, verminderde spierkracht of mobiliteit. Het is belangrijk om vallen te voorkomen. Een ergotherapeut observeert valgevaar in de omgeving van de cliënt, zoals bij transfers en verplaatsingen binnen- en buitenshuis. Adviezen kunnen worden gegeven over valpreventie, zoals het gebruik van loophulpmiddelen, woningaanpassingen (bijv. wandbeugels) en het veiliger maken van transfers. Ook kan de ergotherapeut een WMO-aanvraag doen voor vervoersvoorzieningen en kunnen er gewenningslessen aangeboden worden.
De ergotherapeut brengt samen met de cliënt de problemen in kaart en stelt behandeldoelen op. Dit kan bijvoorbeeld gaan om:
- Zelfstandig in en uit bed komen
- Zelfstandig steunkousen aan- en uittrekken
- Zelfstandig verplaatsen binnen- en buitenshuis
- Zelfstandig douchen en toiletgang
De ergotherapeut observeert de activiteit en kijkt naar haalbare oplossingen, zoals het aanleren van nieuwe vaardigheden, het aanpassen van de omgeving of het inzetten van hulpmiddelen. Ook kan de ergotherapeut helpen bij het aanvragen van woningaanpassingen of mobiliteitsvoorzieningen via de WMO (Wet maatschappelijke ondersteuning).
Het doel is om de zelfredzaamheid te behouden en ouderen langer veilig en prettig thuis te laten wonen.
Praktijkvoorbeeld:
Mia heeft motorische uitval, wat haar rolstoelafhankelijk maakt. Het verplaatsen in haar huidige rolstoel kost veel inspanning en is buitenshuis niet haalbaar vanwege de afstand. Ze wilde meer zelfstandigheid. Samen met de ergotherapeut werden haar beperkingen en wensen in kaart gebracht, waarna een WMO-aanvraag voor een elektrische rolstoel werd ingediend. Daarnaast kreeg Mia ondersteuning van de thuiszorg bij het aan- en uitkleden, douchen en het aan- en uittrekken van haar steunkousen. Na het aanleren van nieuwe vaardigheden en het gebruik van hulpmiddelen kan ze deze activiteiten nu zelfstandig uitvoeren en is ondersteuning van de thuiszorg niet meer nodig.
Dankzij de elektrische rolstoel, haar nieuwe vaardigheden en hulpmiddelen heeft Mia meer regie over haar leven, kan ze zich beter verplaatsen en haar sociale activiteiten voortzetten.